Het IRT begint zich na de moord op Bruinsma breder te oriënteren, wat leidt tot enkele successen zoals een XTC onderzoek waarbij geprepareerde vrachtwagens voor xtc transport worden onderschept o.a. in Engeland. Tevens ontstaat de eerste grote beroering als het zogenaamde Kolibrie-team o.l.v. FIOD chef Teeven en het IRT elkaar in de wielen rijden bij een groot hasj onderzoek.
Beide teams blijken in hetzelfde vijvertje te hebben zitten vissen en beschuldigen elkaar ervan om met de eer te willen gaan strijken.
Uit meerdere bronnen bereikt het IRT informatie dat de organisatie van Bruinsma, na de moord op hun baas, zo langzamerhand de draad weer heeft opgepakt. De leiding van de organisatie zou in handen zijn van een driemanschap, een crimineel Etienne U. voormalig lijfwacht en tweede man achter Bruinsma, een advocaat Johannes E. en zakenman Charles G.
Dit driemanschap zal model staan voor de zogenaamde delta methode

Plaats een reactie